Leer mediteren in tien lessen. Tien boeken die je moet gelezen hebben. Tien films die je moet gezien hebben. Knutseltips om de verveling tegen te gaan. Yoga workshops. Dagelijkse dance-workouts. Kettingpoëzie. Deel deze virtuele knuffel. Deel een popsong met de letter die ik je geef. Deel een jeugdfoto.
Sinds de coronaquarantaine inging zijn we in één of andere kramp geschoten die ons koste wat het kost op dreef wil houden. We lijken de ratrace binnenshuis gewoon te kopiëren. Als hamstertjes in een molentje die vrezen met hun pootjes in het ijle te trappelen, als er niet vlug een surrogaat komt voor het druk-druk-druk in pre-pandemietijden. Aan het eind van deze ophokplicht zijn we allemaal geüpgraded tot homo universalis, geperfectioneerd tot in de puntjes, met ontelbare nieuwe kunstjes.
Ik wil niet halsoverkop tien nieuwe hobby’s. Ik wil niet bovenop de stress die de enge nieuwstijdingen ons bezorgen, ook nog eens de stress dat er een heleboel nieuwe dingen moeten. Van fomo buitenshuis naar fomo online. Er lag hier reeds een stapel boeken ongelezen, daar kan ik nog een eeuwigheid mee voort. Elke kamer in het huis schreeuwt om een voorjaarsschoonmaak. De tuin ademt lente en elke dag weer ontspruit er een nieuw scheutje dat om mijn aandacht vraagt.
Nee, ik ga dus geen nieuwe zangcarrière beginnen. Nee, pilates is niks voor mij. Nee, ik schaam me niet als ik tot tien uur in mijn versleten pyjama rondsjok. Ja, ik omarm het grote niets, dat op zich al vol genoeg is, met drie huisgenoten die de hele dag mijn pad kruisen en ook niet weten van welk hout pijlen te maken. Het jonge grut in de eerste plaats, want dat wordt de hele dag ongecontroleerd gespamd met schoolopdrachten.
Het grote niets
Waarom zijn we zo bang voor het grote niets? Waarom bezorgt een lege agenda ons klamme handen? Oké, ik begrijp wel de tactiek van de afleiding. Het gevaar dat buiten schuilt is niet min, en inmiddels heeft iedereen wel een kuchje dat het ergste doet vermoeden. Of nog erger: een dierbare die vecht in het ziekenhuis en die we vooral niet achterna willen.
De doem hangt boven ons hoofd en bezig zijn verdooft de angst. Een scherm dat de hele dag entertaint en instructies geeft, voorkomt dat we te veel piekeren en in een blinde paniek schieten. Klappen, zoomen, zingen – die passioneel kwelende Italianen bezorgen me élke keer weer een krop in de keel – zorgen voor de nodige verbinding en vijlen de scherpste kantjes af van dit surrealistische isolement.
Maar zit er ook schoonheid in deze bizarre tijd? Onontgonnen rijkdom voor wie anders de verplichtingen aaneenrijgt? Voor wie meestal geleefd wordt? Als we zo hartstochtelijk verlangen naar nietsdoen, waarom vluchten we er dan voor als het ons in de schoot wordt geworpen? Waarom verruilen we de dagelijkse keuzestress voor deze nieuwe virtuele verteveeling? Is vakantie pas welkom als ze zorgvuldig gepland is?
Zomaar zitten
Eckhart Tolle, spiritueel leraar en auteur wist het al: de stilte spreekt. Waarmee hij bedoelt: in de stilte kun je jezelf beter horen. Stilte kan confronterend en zelfs oorverdovend zijn, zeker als buiten grote demonen wonen. Maar stilte is ook een medicijn voor de ziel. Wie de innerlijke stilte toelaat, herontdekt zijn ware natuur. Wat je echte noden zijn, wat je echt gelukkig maakt, wat je echt vervult.
Theatermaker Peter De Graef weet er alles van. Al maandenlang doet hij niets anders dan ‘zitten’, op gezette tijden, nu ook te volgen via de gelijknamige Facebookpagina.
Het is zijn versie van mediteren, met de nodige vertelsels en kwinkslagen, die nu in coronatijden nog een extra cachet heeft gekregen. “Aanvankelijk zit je nog helemaal in action modus”, zegt hij. “Je eerste reactie is dan ook: compenseren. Dit doen, dat doen, allemaal klusjes die gedaan moeten worden, nu het werk geen afleiding meer biedt. Maar deze gedwongen retraite kun je ook zien als een open uitnodiging om écht op retraite te gaan. Je terug te trekken, te zwijgen, met jezelf alleen te zijn. Niet op de klok te kijken. Kun je geleidelijk in een hele trage modus komen? De stilte induiken? Elke handeling heel bewust doen?”
Dat bewust worden van een heleboel zaken is misschien wel het mooiste cadeau dat dit vermaledijde virus ons schenkt. Niets is nog vanzelfsprekend. Onbezorgd shoppen kan niet meer, dus elk boodschappenlijstje en elke trip naar de supermarkt is afgemeten. We springen niet zomaar in de auto, boeken niet onbezonnen een reis. Handen schudden, knuffelen, kussen zijn uit den boze. Elk contact gebeurt bewust, omdat je het sociale verkeer opnieuw moet uitvinden. Vastgeroeste gewoontes vallen weg. Je moet zelf je agenda vormgeven, zoeken naar je natuurlijke behoeften. Zelf kiezen wat jou tot jou maakt, als je hele professionele en sociale kader wegebt naar de achtergrond.
Door de weerstand breken
En met dat hele bewustzijn komt een doldraaiend systeem tot rust. In de wereld om ons heen, maar ook binnen in ons. We zullen gedwongen worden tot nieuwe maatschappijmodellen, en wordt nu gedwongen tot een nieuwe omgang met onszelf. We leren te leven in omstandigheden waar niets nog zeker is en vaste ankerpunten wegvallen. We leren angst om te zetten in hoop, omdat het bestaan brozer is dan we dachten. De lessen die we nu leren, zijn misschien wel een spiritueel survivalpakket voor de toekomst.
Ondanks de pijn en de dreiging die ons omringen, ben ik daarom dankbaar. Ik kruip in het oog van de storm en ontdek de schoonheid die daar huist. De lucht is schoner en van het blauwste blauw. Het zonlicht, nu eens niet versluierd door vliegtuigsporen, is helder en haast verblindend. Buiten is het bevreemdend stil en ruikt het heerlijk naar voorjaar. De buren komen op gezette tijden buiten en keuvelen – op veilige afstand – met elkaar. Er is een stille, sterke verbondenheid, ook met vrienden en familie die we enkel virtueel mogen ontmoeten.
Leven in lockdown betekent ook een bepaalde teerheid delen, die ons de weg wijst naar de essentie. We leren dat er niet noodzakelijk duizend-en-één initiatieven nodig zijn om de leegte te vullen. “Het is zelfs meer,” oppert Peter De Graef. “Je kunt natuurlijk je dag vullen met Netflix-bingen, maar de kans is groot dat de leegte nog groter is eenmaal je je scherm dichtklapt. Zitten roept een zekere weerstand op, maar misschien word je na een tijd toch verrast. De stilte zal sowieso mislukken – tollende gedachten houden niet op – maar stilaan ontvouwt zich een interessante spin-off. Naar binnen keren is een gezondmakend proces, waarbij je veel kunt leren over jezelf, en opener in het leven staat.”
Mediteer elke dag samen met Peter De Graef in de Facebook-groep: ‘ZITTEN: alleen en toch samen in corona retraite’
8u-9u, 10u-11u, 19u-20u, 21u-22u
Deze tekst verscheen in DS op 27 maart 2020.
Kommentare